Maarten Brakema & Brenda Heskes
5 maart, 17:21 • 5 minuten leestijd
DEN HAAG - Het knetterde tijdens de eerste dag van het hoger beroep in de Haagse corruptiezaak soms flink tussen advocaat-generaal Koos Plooij en de Haagse oud-wethouders Richard de Mos en Rachid Guernaoui. De koele, bijna klinische en zeer precieze ondervraging van crimefighter Plooij botst tegen de Haagse branie van De Mos. In het juridische gevecht draait het om mogelijke omkoping en het schenden van het ambtsgeheim door de twee oud-wethouders, waar zij vorig jaar nog helemaal van zijn vrijgesproken. Tijdens een van de scherpe ondervragingen, bijt De Mos van zich af: 'U criminaliseert alles!'
Ze zijn zichtbaar nerveus wanneer de zitting begint in de zittingszaal, die gevuld is met aanhangers in groengele kleding. Niet iedereen paste, daarom zit de rest van de aanhang, die in optocht met een muziekband naar het Paleis van Justitie is gekomen, in een zaaltje verderop naar een videoverbinding te kijken.
Maar eenmaal op stoom, staat de Richard de Mos weer op zoals hij bekendstaat: vol vuur, overtuigd van zijn verhaal en enigszins breedsprakig. Guernaoui is een stuk minder aan het woord, maar ook in zijn woorden klinkt zo nu en dan felheid. De aanhang in de zaal laat zich ook niet onbetuigd: soms moeten ze hard lachen, soms stijgt er een verontwaardigd gemopper op uit de zaal.
In het Paleis van Justitie in Den Haag buigt het Gerechtshof zich de komende drie weken in zes zittingsdagen over de vraag of oud-wethouders Richard de Mos en Rachid Guernaoui schuldig zijn aan omkoping door bevriende ondernemers en of zij hun ambtsgeheim hebben geschonden. Naast de twee voormalig wethouders staan vijf Haagse ondernemers terecht. Dat zijn de broers Akyol van zalencentrum Opera en drie vastgoedondernemers: Jansen, Zaadhof en Buis.
De raadsheren van het Gerechtshof behandelen niet de hele zaak opnieuw, ze hebben het onderzoek van de rechtbank van vorig jaar goed bestudeerd. Maar ze beginnen wel bij het begin: waar kennen de Hart voor Den Haag-politici de ondernemers van? 'Ik kende hem nauwelijks', zegt De Mos over vastgoedondernemer Dennis Buis. Hij heeft hem leren kennen bij een wijnproeverij, maar daar is niet gesproken over donaties voor zijn partij.
De Mos stuurde in die tijd wel 'bedelmails' rond, ook naar Buis. Die doneerde vervolgens twintigduizend euro. De Mos was wel blij met zo'n gulle donateur. In de bedankmails naar donateurs, dus ook naar Buis, staat een zinnetje 'als ik wat voor je kan doen, dan hoor ik het graag'. De voorzitter van het Hof wil weten of dat een standaardzin was of dat het betekende 'voor wat hoort wat'. De Mos zegt dat het een standaardzin is die ook in het mailtje staat naar tientjesleden.
Onderlinge relaties gefileerd
Het gaat er harder aan toe iedere keer wanneer advocaat-generaal Koos Plooij namens het OM zijn pijlen richt op de twee oud-wethouders. Zo fileert hij De Mos over de relaties die hij onderhield met de vastgoedondernemers. Volgens De Mos vraagt hij ze soms om raad bij ingewikkelde beslissingen op hun vakgebied. Zoals bijvoorbeeld het verbod op het splitsen van woningen.
Volgens Plooij is de Haagse oud-wethouder daar een grens over gegaan. Hij houdt De Mos een mail van ondernemer Edwin Jansen voor waarin het gaat over het splitsingsverbod. 'Het wordt voor mij moeilijk om je te steunen, want je zit de business van Dennis Buis in de weg', leest Plooij voor.
Vervolgens bijt het raadslid van zich af. 'U criminaliseert alles. Ik ben een simpele volksvertegenwoordiger, die een paar pepernoten probeert op te halen voor zijn partij en tegelijk wat ideeën voor de stad.' Daarnaast verklaart De Mos dat heel Hart voor Den Haag uiteindelijk voor het splitsingsverbod heeft gestemd. Volgens de politicus het bewijs dat hij niet is omgekocht.
Daar is aanklager Plooij het niet per se mee eens. Hij stelt dat het niet van belang is of De Mos en zijn partij wat hebben gedaan met de giften, maar of ze de intentie hadden om iets voor die giften terug te doen.
Briefje met 'geheim' erop
Zo'n zelfde soort discussie ontstaat later tussen advocaat-generaal Koos Plooij en oud-wethouder Rachid Guernaoui, die de aanklager fijntjes laat weten dat ze dezelfde rechtenstudie hebben gedaan. Het gaat in deze ondervraging om de vraag wanneer informatie geheim is en dus niet gedeeld kan worden. Zowel De Mos als Guernaoui zeggen dat dat pas is wanneer het college van burgemeester en wethouders dat besloten hebben.
Dat zij dus informatie besproken hebben die zat in een envelop met een briefje erbij met het woord 'geheim' erop, is volgens de Hart voor Den Haag-politici geen schending van hun ambtsgeheim. Guernaoui pareert: 'Niet alles waar geheim op staat, is geheim. Alleen het college kan iets geheim verklaren, niet één wethouder. En: het raadsvoorstel zou toch openbaar worden.'
Het leidt tot een rechtsfilosofische discussie tussen aanklager en verdediging over de geheime status van documenten. En of iets wat later misschien geheim wordt verklaard in de concept fase dan wel gedeeld mag worden.
Het lijken semantische discussies, een woordenstrijd, maar uit de aanpak van aanklager Koos Plooij op de eerste zittingsdag lijkt dat precies de inzet te zijn van deze zaak: wat is omkoping en wanneer is iets geheim?
Campagnebus en advertenties
Ook de broers Atilla en Erdinç ('Zeg maar Ernst') Akyol moeten zich dinsdagmiddag alleen nog verantwoorden, omdat ze worden verdacht van omkoping. Atilla, de toenmalige eigenaar van zalencentrum Opera aan de Fruitweg in Den Haag, doneerde vele tienduizenden euro's aan de partij van Richard de Mos. Zo betaalde hij advertenties in wijkkranten en gaf hij geld voor de aanschaf van de bekende campagnebus. Hij deed dat omdat hij De Mos een goede politicus vond en later ook bevriend met hem raakte.
Daarnaast was er de hoop dat de partij van De Mos ook iets goeds kon doen voor het horecaklimaat in de stad. En ondanks dat hij al zijn zaken moest verkopen en naar eigen zeggen nauwelijks nog geld heeft, blijft hij De Mos trouw. 'Ik doe wat ik kan, maar heb niet zoveel geld meer om erin te pompen.' Van broer Ernst zijn gesprekken in het dossier te vinden waarover de raadsheren toch vragen hebben. Zo valt het woord 'steekpenning'. Maar dat is 'grootspraak', zegt hij nu.
Strafeisen
Aanstaande donderdag wordt de zaak tegen vastgoedondernemers Zaadhof, Buis en Jansen behandeld. De strafeisen in hoger beroep worden dinsdag 12 maart verwacht.
Lees meer in ons dossier 'Haagse corruptiezaak'
Meest gelezen
Radio West
Luister nu West komt Thuis 17:00 - 18:00Uitgelicht
Meer uitgelicht